Transcribe your podcast
[00:00:12]

Welkom bij aflevering 292 van. Echt Gebeurd. De podcast waarin waargebeurde verhalen worden verteld door de mensen die ze zelf hebben beleefd in deze aflevering.

[00:00:22]

Een verhaal dat Sander Donkers zeven jaar geleden vertelde in Felix Meritis in Amsterdam. Tijdens een speciale, echt gebeurd avond met het thema onbeschreven blad.

[00:00:44]

Dit is een verhaal over spijt, maar voor ik daar terecht kan komen moet ik eerst iets vertellen over religie en wat dat liedje voor mij betekent. Als ik iets had mogen kiezen in dit leven, dan was het een geweldige stem geweest. Zo'n diepe zwarte heise. Echte soulstem. Een stem waarmee je mensen aan het dansen kan krijgen om van te huilen of geil kan maken. Alleen maar omdat je gewoon je mond opentrekt. Dat lijkt me altijd fantastisch, maar het is iets wat je jezelf niet aan kunt leren.

[00:01:22]

Het helpt misschien als je oefent, liefst in een kerkkoor. Maar uiteindelijk is het een gift. En een gif, dat lijkt me ook wel wat voor mij, want dan hoeft ik tenminste niet zo hard voor te werken en dan krijg ik toch heel veel geld en zou iedereen ontzettend veel van me houden. Dus echt serieus, ben nu 46.

[00:01:41]

Maar als je het me nu zou vragen of ik m'n linkerbeen zou willen ruilen voor zo'n alles overrompelende stem, dan zou ik het serieus even overwegen en daarna waarschijnlijk verwerpen. Want een linkerbeen. Dat is ook niet mis natuurlijk. Toen ik twintig jaar geleden in de journalistiek terechtkwam na een wat moeizame carrière als popmuzikant. Had ik meteen een soort geheime agenda om zoveel mogelijk van dat soort zangers en zangeressen te ontmoeten om ze te interviewen natuurlijk, maar eigenlijk stiekem vooral om gewoon een beetje tegen ze aan te kunnen schurken.

[00:02:24]

En als ik het heb over dat soort zangers voor mij specifiek gaat het dan om zwarte zangers uit de jaren zestig en dan ook nog uit het zuiden van Amerika. Dus meer Stax, het land, ik mezelf chelles en niet Mouthaan. Wat een beetje specifiek.

[00:02:41]

Het is eigenlijk vrij aardig gelukt. Ik heb Solomon Burke ontmoet Al Green urma Thomas mij veestapels. Betty Levet, Wilson Pickett uh, en nog een aantal die ik nu vergeten. Sommige van die mensen waren fantastische warme persoonlijkheden, anderen zoals Wilson. Whizzkid Pickett waren eigenlijk ontzettende eikels, maar daar ging het niet om. Het ging om die kafjes op de kolf van mijn pistool nam het binnenhalen van zoveel mogelijk contact met mensen die ik bewonderde. In de herfst van 2001 hoorde ik dat Arthur Conley, iemand die ook op dat denkbeeldige lijstje stond, in Nederland woonde.

[00:03:28]

Of oplages in het dorpje Ruurlo in de Achterhoek. Misschien dat voor een aantal van jullie de naam Arthur Condi niet echt meteen een belletje doet rinkelen. Maar ik weet vrij zeker dat het liedje waarmee hij in 1966 wereldberoemd werd dat wel doet. En aangezien het me niet toegestaan is om een cassetterecorder te gebruiken bij deze ding, zal ik het helaas moeten zingen. Reeds Zwitsal muziek. Het gaat om ongeveer zo beginnen met blazers. Na de tête à tête. Tin, tin, tin tin tin tin.

[00:04:04]

Do you like?

[00:04:05]

Q music. Je sweet. Zo emusic je je lang en zet je dingen in je en je o je ogen.

[00:04:15]

Hoe je een aanvaller die blaast over je heen en het voortaan als het. GENT Ja, schrijf me in! Euh, euh, ik achterhaalden zijn telefoonnummer. Ik belde hem op en ik had binnen een seconde door dat Arthur Koningin totaal ander type was als al die andere soulzangeres die ik daarvoor had ontmoet. Dat waren Matthias Sterre, Large en Life achtige types. En Arthur was lief, breekbaar, zacht en een beetje een rare. Want ik moest bijvoorbeeld onze eerste afspraak afzeggen omdat ik ziek was.

[00:04:55]

En dat was een beetje lullig, want het was op de dag zelf dus veel te laat. En zo. Maar hij zei Uh oh baby. Dat was mijn wino. We zitten nu toch al samen op dat pad en we gaan al ergens heen en geeft helemaal niet, zo zei hij. Zoemde meteen in op een soort spiritueel verbond. Iets dat in de sterren stond geschreven tussen ons en ik dacht euh. Mooi voor het verhaal.

[00:05:22]

En het werd nog veel mooier toen ik uiteindelijk wel bij hem terechtkwam. Arthur Conley, die zich inmiddels Lee Roberts noemde, woonde aan de Groenlose Weg in Ruurlo. Samen met een tapijt knopen die Jos heten en werd moeder van Jos. Maar die heb ik allebei niet ontmoet, dus ik kan dat niet echt bewijzen. Hij had een zolderkamertje dat volkomen afgeladen was met spirituele parafernalia, met tarotkaarten en boeken over astrologie en numerologie en steentjes die allemaal een speciale betekenis had.

[00:05:58]

Hij had twee kanaries die de hele dag onophoudelijk kwetteren heetten Singer en Singer. En als je uit het raam keek, dan stond daar de hele dag in de stromende regen een onbeweeglijke dwergplaneten. Daar had Arthur Conley verder niets mee te maken, maar dat vond ik gewoon een heel erg mooi detail. Voordat we aan het gesprek begonnen, wilde hij een soort ritueel met mij uitvoeren. Hij haalde een ring uit een potje en schoof die soort plechtig aan mijn vinger, haalde hem daarna weer af en liet mij beloven dat als ik weer terug zou zijn in Amsterdam, dat ik hem dan van mijzelf een ring naar hem op zou sturen.

[00:06:38]

En dan zouden we, zei hij, voor eeuwig en met elkaar verbonden zijn als en als een soort beschermer engelen voor elkaar zorgen. In deze nare boze wereld. En ik dacht mooi voor het verhaal, maar schiet ook een beetje op, want ik moet ook nog met tekst naar huis. Het is het kerstverhaal. Vierduizend woorden. Dat kwam overigens helemaal goed. Lee Roberts was een goudmijn voor een muziekjournalist. Hij vertelde zonder enige chaîne en eigenlijk ook zonder dat ik enige vragen hoefde te stellen.

[00:07:12]

De meest prachtige anekdotes waarin al mijn helden figureerde. Uhm. Hij vertelde hoe die als kind nou ja, en waar ook hele tragische verhalen. Trouwens hoe hij als kind was weggehaald door zijn oma bij zijn moeder, tegen zijn zin. Hoe die oma hem op jonge leeftijd in een kerkkoor had geduwd en hoe je je dan, als ie gezongen had over zijn bolletje genaaid werd door allerlei kerkgangers die hij helemaal niet kende, terwijl ie permanent naar de punten van zijn schoenen stond te staren.

[00:07:44]

Hij vertelde hoe die Sam Koeck zijn grote idool had ontmoet. Of eigenlijk overvallen. Want die man stond met zijn rug naar me toe in een kleedkamer en hij rende erop af en omarmde en nam opeens van achteren, terwijl je hem nog nooit ontmoet had. Hij vertelde hoe die door auto's Rading was ontdekt, met wie die uiteindelijk dus dat liedje zoiets soulmuziek had geschreven. En hoe dat liet pardoes de allergrootste hit werd die de zuidelijke stad tot dan toe en misschien wel ooit had gekend.

[00:08:13]

En dat was eigenlijk uiteindelijk meer een vloek dan een zegen, zei hij. Want. Al zijn collega's haten hem erom, want ze waren zo jaloers en hij moest dus de jaren daarna permanent op tournee met allemaal mannen die hem voortdurend treiteren en sarren. Maar was Don, Covee, Sam en Dave en diezelfde Wilson Pickett die volgens mij de laagste van allemaal is het ook mannen die totaal niks snapte van zo'n ontzettend zachte vrouwelijke man als Arthur kon leren. Het ging allemaal nog wel redelijk goed zolang ouders redding en beschermd.

[00:08:52]

Maar toen die in 1967 dood ging bij een vliegtuigongeluk en Arthur kon zich tijdens de begrafenis hysterisch snikkend op de kist had geworpen, werd het treiteren en sarren alleen nog maar erger. En op een gegeven dag platencontract of niet pakte hij het vliegtuig naar Europa. Eerst naar Engeland, daarna naar België en Nederland. Hij is nooit meer terug geweest in Amerika. Hij nam een andere naam aan en hij voelde zich voor het eerst van zijn leven helemaal vrij. Dat vertellen die allemaal.

[00:09:27]

En toen ik vijf, zes uur later uitgeput in de auto stapte, terug terrein naar Amsterdam, beloofde ik hem nogmaals dat ik die ring op zou sturen. En ik schreef dat ook op als laatste zin in het verhaal dat ik in de dagen daarna over hem schreef. Met als gedachten in mijn achterhoofd tussen het inleveren van het verhaal en het moment dat het in de winkel ligt, is er nog genoeg tijd om dat alsnog te doen. Maar ik deed het niet.

[00:09:58]

Elke week schreef ik opnieuw in mijn agenda Ring Lie met een aantal uitroeptekens. En dan deed ik het weer niet. Het waren van die dingen die me s nachts bezochten als je niet kan slapen wat je denkt. Daar hou studiogast. Na die ring op. En als ik dan de volgende dag wakker werd, ging ik niet naar de winkel en niet naar het postkantoor. En dan stuurde ik geen overlopen naar de groene weg in Ruurlo. Hij. Ondertussen nam ons eeuwigdurende kosmische spirituele verbond wel serieus ijs.

[00:10:30]

In de zoveel tijd belde die me op. En dan zei hij Baby, iets leren leemtes checking Apeliotes ohne Cihan Jadoulle in. En dan babbelden we wat. En dan hing ik weer op.

[00:10:41]

En dan dacht ik aan Margaery ging schrijven, maar ik weet dus niet waarom ik dat niet deed. Wist ik. Weet ik eigenlijk niet. Misschien was het een soort angst om te intiem te worden met een man die althans in mijn ogen. O ja, maar dat was ik nog vergeten zeggen. Het enige wat hij niet vertelde was dat hij homoseksueel was. Hij was unisex noemen die zichzelf en ik kreeg heel erg sterk de indruk dat dat dus iets te maken had met zo'n zwaar religieuze opvoeding.

[00:11:15]

In de jaren veertig en vijftig in George, want God, in Georgia, in de jaren veertig en vijftig. Wie had het niet zo op homo's? Om het heel zacht uit te drukken? Volgens mij zat dat hem nog altijd dwars. Nou ja, misschien was het dus de angst voor teveel soort van intimiteit te creëren met een man die homoseksueel was, terwijl ik dat niet ben. En de angst om een soort idee bij hem te creëren dat ik iets van wilde.

[00:11:43]

Misschien was het een afkeer van vage spiritualiteit. En misschien was het ook simpelweg het idee dat ik mijn verhaal al had dat het t. T. Het roofdier achtige aspect dat helaas Shure is die zo vaak kenmerkt. Uhm. Na anderhalf jaar en iets van zes of zeven telefoongesprekken waarin we praten over koetjes en kalfjes, bracht ik een boekje uit met verzamelde interviews waar het stuk over Arthur, Condi Lee ook instond. En de uitgeverij organiseert een feestje en ik belde hem op om te vragen of ik misschien zin had om te komen zingen op dat feestje, want dat zou natuurlijk wel supercool zijn.

[00:12:27]

Arthur kon lipje vs. Bijkomende idee was dat ik dacht dat is nu echt echt echt te laat om die ring op te sturen. Maar als ik hem tijdens die gelegenheid kan presenteren, als ik er een ceremonieel iets van kan maken, dan weet ik het misschien allemaal nog net recht te breien. En hij zei huilbaby oude liefde singletje PADI, wat je nou heftig bedoelde toen de gasbaten voor. Als hij op tijd beter was, beloofde die, dan zou ie zeker komen.

[00:13:01]

Maar ik hoorde niks meer van hem en ik belde andere muzikanten om te vragen of ze konden komen zingen. Ik kreeg m'n feestje en ik kreeg een paar goeie recensies in de krant en ik voelde me een paar dagen enorm de gebraden haan in. Ik dacht eerlijk gezegd niet meer aan de Arto. Kon Leo Lee Roberts of Alan geen. Nog geen drie weken later was ik in de Volkskrant. In de kantlijn een klein berichtje. Arthur Conley overleden aan darmkanker.

[00:13:28]

Hij moet dus al doodziek zijn geweest op het moment dat ik hem belde, maar daar liet hij niets van doorschijnen en ik realiseerde me dat ik definitief de kans verkeken was om iets recht te zetten waar ik anderhalf jaar mee rondliep en wat eigenlijk heel makkelijk was geweest. En dat mijn verhaal in Vrij Nederland nu echt definitief eindigde met een leugen. Ik kan het niet meer tegen hem zeggen dat het me spijt, maar wel tegen jullie. En uhm, zoals ze dan in die zwarte kerken in het zuiden van Amerika zeggen, omdat dat de boel op de één of andere manier lichter schijnt te maken.

[00:14:11]

Geen ageerden witness.

[00:14:24]

Dat was het verhaal dat Sander Donkers zeven jaar geleden alweer vertelde bij een speciale, echt gebeurd avond die we toen organiseerden bij het weekblad Vrij Nederland, waar Sander toen nog werkte.

[00:14:35]

Ik kende hem eigenlijk toen nog niet, maar inmiddels zijn we collega's geworden, want we schrijven afwisselend een column op de voorpagina van de Volkskrant. Tijdens de eerste lockdown begon hij op die plek een mooie serie rondom zijn eigen wijze.

[00:14:48]

Ietwat excentriek, maar vooral erg lieve oudtante Jo. En een paar maanden geleden is er bij uitgeverij Lebowski ook een boek van verschenen en dat heet Tante Jo. Schaf dat online aan bij je lokale lievelingsboek Handel.

[00:15:03]

De redactie van Gebeurt bestaat uit Micha Wertheim, Rosa van Toledo, Maarten Western VN en mijzelf Paulien Cornelisse. Onze producer is verslaving.

[00:15:11]

En deze podcast wordt gemaakt door Gijsbert van der Wal. Volg ons op het Instagram, Twitter of Facebook en abonneren je op echt gebeurd in je podcast app, zodat je ook volgende week weer een mooi verhaal te horen krijgt. Dit was aflevering 292. Bedankt voor het luisteren.

[00:15:26]

En als je deze week toevallig twijfelt aan je talenten, bedenk dan een linkerbeen is ook niet gek.